De Grooten Oorlog
SPECTRA
In de aanloop van de ‘Grooten Oorlog’ broeide een wereldwijd maatschappelijk en internationaal conflict. Alle zekerheden verdwenen. Modernistische kunstenaars leverden hierin hun persoonlijke strijd en vonden heil in een extreem individualisme, onderbouwd door eigen theorieën, een vlucht of redding waarbij de zelfovertuigde noodzaak van originaliteit en vernieuwing het houvast vormde. Debussy, Ravel, Ives, Stravinski en Berg vormden hierbij exemplarische richtingaanwijzers naar toen ongehoorde wegen.
De jonge Belgische componisten Koen Quintyn en Mirek Coutigny staan een eeuw later in een even conflictueuze wereld. Hoe kijken zij aan tegen deze innerlijke strijd? En zoeken ook zij die breuklijnen op? Hebben hun modernistische voorgangers met hun vermengingen van volkscultuur, jazzpop en verschillende genres de weg reeds geëffend?
Programma
Maurice Ravel, Le tombeau de Couperin - Prélude (1914 - 1917)
Claude Debussy, Sonate voor cello en piano (1915)
Koen Quintyn, Vices (2016)
Rebecca Clarke, Lullaby en Grotesque voor altviool en cello (1916)
Alban Berg, Vier Stücke op. 5 (1913)
Mirek Coutigny, The Trail (2016)
Zoltán Kodaly, duo voor viool en cello III, opus 7 (1914).
Igor Stravinski, L' histoire du soldat (1918
Credits
KLARINET Julien Bénéteau
PIANO Lukas Huisman
VIOOL Pieter Jansen
ALTVIOOL Bram Bossier
CELLO Francis Mourey